Sabaydee Laos!

Goeiemorgen vanuit… Laos! Gister ben ik met de bus de grens overgegaan van Thailand en Laos en zo in Huay Xai aangekomen. Dit is de plaats waar ik mijn eerste nacht in Laos heb doorgebracht en vanwaar ik straks met een boot de Mekong rivier opga. Sabaydee is het woord waar ze je hier mee begroeten, wat erg lijkt op het Thaise Sawasdee lijkt. Ik moet zeggen dat het nu ook nog erg op Thailand lijkt, misschien omdat ik Thailand ook nog gewoon kan zien aan de andere kant van de rivier. Mijn 8 dagen in Thailand waren geweldig en wat is en blijft het een leuk en bijzonder land. Het is alsof ik een keer met mijn ogen heb geknipperd en ik in Laos zit.
Het moment dat ik in Thailand uit het vliegtuig stapte voelde ik meteen al dat ik weer in Zuidoost Azië zat. De geur is er raar (voor mij als westerling dan), het was er warm en klam en op het vliegveld stond alles lekker onduidelijk aangegeven. Kan niet missen: ik wist in ieder geval dat ik op de goede plek was! Ik bracht de eerste nacht in Thailand door in Bangkok, in een klein en schattig hostel wat helemaal prima was. Op de dag die ik in Bangkok had, ben ik met de skytrain naar Siam geweest: het deel van Bangkok met alle winkels en winkelcentra. Hier heb ik rustig rondgelopen en wat gegeten: dat Thaise eten is geweldig! Bangkok is enorm, elke meter die je passeert ruikt anders (meestal niet al te lekker), het verkeer is chaotisch en druk en de straten zijn ook niet altijd al te schoon. Toen ik in de taxi van het vliegveld naar mijn hostel zat, zag ik ratten lopen op straat. Bah! Verder is het wel een indrukwekkende stad die je echt niet mag missen als je in Thailand bent. ’s Avonds ging ik er met de trein alweer vandoor naar Chiang Mai, in het noorden van Thailand. Ik nam de nachttrein, die er zo’n 13 uur over doet om van Bangkok naar Chiang Mai te gaan. De zitplaatsen werden omgebouwd tot bedden en uiteindelijk had iedereen zijn eigen bed met een gordijntje ervoor. Echt lekker slapen is het niet in zo’n nachttrein: hij beweegt continu en maakt natuurlijk ook geluid.
In Chiang Mai was het weer heel herkenbaar hoe de stad eruitzag en voelde het meteen goed aan. Ik had hier maar 1 nacht geboekt, maar heb er meteen 2 bijgeboekt. De eerste dag ben ik rustig door de stad gelopen en heb ik de wijk waarin mijn hostel lag een beetje verkend. Deze lag in het oude deel van de stad en de straat was erg leuk met veel eettentjes en een lokale markt. ’s Avonds ben ik met een meisje uit mijn kamer naar de avondmarkt in Chiang Mai gegaan, die erg groot is en waar je van alles kunt vinden. De volgende dag had ik een route door de stad uitgestippeld om langs de meeste tempels (er zijn er heel veel!) en wat musea te gaan. Zo liep ik lekker door de stad heen, van tempel naar tempel. De tempels hier blijven prachtig om te zien en overal zie je monniken lopen in de oranje gewaden. Bij één van de tempelcomplexen zat zelfs een speciaal gebouw, waarop stond aangegeven dat het de universiteit voor het boeddhisme was. Aan het eind van de middag was het tijd voor iets anders: ik werd opgehaald om een Thaise kookcursus te doen! Onze instructeur legde alles uit over de ingrediënten die de Thai gebruikten, liet ons een lokale markt zien en liet ons natuurlijk zien hoe we de gerechten moesten maken. Daarna volgden wij zelf! Ik heb een wok gerecht gemaakt, een loempia, curry en ‘mango with sticky rice’. Het was allemaal heerlijk en de groep was heel gezellig. De laatste dag in Chiang Mai heb ik rustig aan gedaan: ik ben weer naar een museum geweest, heb nog een lekker door de stad gelopen en heb weer heerlijk Thais gegeten! Het eten daar kost niks en het is allemaal zo lekker en vers.
De volgende dag was het tijd voor Chiang Rai, een stad die vlak bij Chiang Mai ligt, al wat dichter bij de grens met Laos. Ook in Chiang Rai bleef ik 3 nachten: dit was de eerste plek in Thailand die helemaal nieuw voor mij was! Met de bus reed ik ’s ochtends Chiang Mai uit, klaar voor de volgende plek. Meteen de eerste dag ontmoette ik 2 leuke meiden in mijn kamer, met wie ik samen naar de Sunday Walking Market in het stadje ben geweest. De markt was meer voor de locals dan voor toeristen, wat het alleen maar leuker maakte om rond te lopen. Ze verkochten er van alles en het publiek was voornamelijk Thai. De volgende dag ging ik samen met dezelfde meiden een trektocht doen door de omgeving van Chiang Rai. In totaal zaten er 5 mensen in het groepje, wat het allemaal wat persoonlijker en leuker maakte. We hadden een hele leuke Thaise gids die ook nog 2 hulpjes had: 2 honden gingen mee op de wandeling! We werden met de pick-up truck naar het begin van het wandelpunt gebracht. Van de gids kregen we allemaal een wandelstok, die hij zelf snel maakte van bamboe. Al snel liepen we het beboste gedeelte uit en kwamen in een klein dorpje waar we doorheen liepen en waar het uitzicht super was! Na nog een stukje lopen kwamen we uit in een ander dorpje, waar we thee aangeboden kregen door de mensen die er woonden. De thee was natuurlijk geen theezakje: het waren gedroogde theeblaadje in heet water. Het beste wat je kan krijgen. Nog iets leuks was dat ze de bekers zelf maken uit bamboe en de thee daarin serveren. Na de thee liepen we weer verder en de gids liet ons erg veel zien van alle planten die in de omgeving groeien. Zo heb ik verschillende soorten fruit gegeten, waarvan ik niet zou weten wat het was. Lekker was het wel en ik leef nog, dus het zal wel goed geweest zijn! We liepen door nog wat kleine dorpjes heen, door theeplantages, over paden met geweldig uitzicht. De lunch was ook heel bijzonder: de gids maakte een vuur en gebruikte als ‘pannen’… bamboe! Bamboe is hol van binnen, dus het eten in de dikke bamboe gestopt worden, wat vervolgens in het vuur gelegd werd. Zo hadden we een heerlijke bamboelunch! Na de lunch gingen we verder naar een waterval waar we even konden afkoelen. De tocht ging vanaf daar weer verder door meerdere dorpjes heen, waar de kinderen het allemaal wel leuk vonden dat er een groepje onbekende mensen kwam. Het was een heerlijke dag die ik voor geen goud had willen missen, mede door de leuke gids die we hadden en ons zo veel vertelde! En natuurlijk was de omgeving prachtig, tussen de bergen, rijstvelden, bananenbomen, bamboe en theeplantages.
Op mijn laatste dag in Chiang Rai heb ik door het stadje gelopen om naar wat tempels te gaan (alweer..). Eén van deze tempels was wel net iets bijzonderder dan de andere; de White Temple. De naam zegt het al: het is een witte tempel, die nog niet al te lang geleden is gebouwd. Hij wordt dan ook niet gebruikt om in de bidden of mediteren, maar het gaat vooral om de architectuur van de tempel. Het is een prachtig en bijzonder gezicht. Ik was er wat later op de dag, omdat gezegd werd dat het dan rustiger zou zijn. Maar, Thailand blijft natuurlijk Thailand, ze hadden het meest bezochte gebouw in Chiang Rai die dag vroeg gesloten in verband met een staff meeting… Had ik weer! Ik kon de tempel wel gewoon van buiten zien, maar de binnenkant helaas niet. Ook ben ik nog naar het Hilltribe Museum geweest, een ontzettend interessant museum over de hilltribes die rondom Chiang Rai leven en leefden. Het ging over de gewoontes en rituelen, maar ook wat je als toerist wel en niet kon doen als je in zo’n dorpje kwam en hoe ze veranderd zijn, mede door de toeristen. In de avond ben ik naar de avondmarkt van Chiang Rai geweest, wat ook weer leuk was om te zien, voor zover er wat te zien was: de stroom in een groot deel van de stad viel uit en opeens was het pikdonker. Dit werd uiteindelijk opgelost, maar duurde toch nog even.
Gister ben ik met de bus van Chiang Rai naar Laos gegaan, waar ik nu dus zit. Het verliep allemaal prima bij de landgrens en ze hebben me toegelaten! Het dorpje waar ik zit ligt aan de Mekong rivier en ik ga zo 2 dagen de slowboat op, dit eindigt in Luang Prabang en tussendoor stopt bij Pakbeng om te overnachten. Ik ben erg benieuwd en heb er ontzettend veel zin in om meer van Laos te zien. De eerste indruk is goed, maar nu is al te zien dat het armer is dan Thailand en dit gaat alleen nog maar duidelijker worden. Ook leuk: overal hangen communistische vlaggen (hamer en sikkel), aangezien de leidende partij communistisch is. Voelt toch een beetje raar aan, maar naast de vlaggen is er niet veel van te merken. Ik geef jullie binnenkort weer een update van mijn avonturen in Laos!